Huilen om een hond

Afgelopen donderdag luister ik in de auto naar het verhaal van een vrouw, die na de dood van haar hond, een boek* heeft geschreven over de rouw die ze daarna maandenlang voelde. Ze vertelt dat ze wilde weten of dat normaal is, en ging op zoek naar deskundigen en bekende Nederlanders, om haar verhaal daarmee aan te vullen.

Na dat autoritje laat ik mijn hond Knoet uit. Het is, nóg steeds, zo’n dag waarop ik zonder klappertanden op blote voeten naar buiten kan. Zo bijzonder dat ik mijn voornemen om elke dag minimaal één blote-voeten-wandeling te doen, sinds april, nog steeds kan waarmaken.

Aan het eind van het grasveld waar ik altijd de balletjes van Knoet gooi, woont mijn huisarts. Ze komt net thuis en roept me gedag. ‘Nog steeds op blote voeten?’ vraagt ze me. Ik leg haar uit hoe blij ik ervan word, en dat ik de laatste tijd wel wat vaker verbaasde mensen tegenkom. ‘Gewoon blijven doen, je lichaam heeft vanzelf aan wanneer het te koud wordt’, is haar wijze raad.

En als ik terugloop naar huis, realiseer ik me dat ik iets wil doen met het interview op de radio en het gesprekje met mijn huisarts. Ik wil het verbinden aan mijn kennis over rituelen bij sterven en afscheid.

Want ook al zullen er talloze mensen zijn die niets begrijpen van blote-voeten-wandelingen of rouw om een huisdier, evenzovele snappen het wel. Zo wordt mijn idee geboren om rituelen bij sterven en afscheid ook bekend te maken bij huisartsen. En om te benoemen dat deze rituelen ook mogelijk zijn als er sprake is van verdriet of rouw om de dood van een huisdier.

De gedachte dat ik ooit afscheid moet nemen van Knoet, kan nu al tranen in mijn ogen brengen. Snel gooi ik hem, samen met het balletje van Knoet, heel ver voor ons uit. Want ik weet ook dat als het zo ver is, een ritueel mij zal helpen om het verdriet en het gemis een plekje te geven. En mijn leven zonder haar zal helpen helen.

* Vandaag staat er een artikel (Huilen om een hond) in Volkskrant Magazine over het boek: Dan neem je toch gewoon een nieuwe.

Rituelen van komen en gaan

Grote Zoon is gisteren twintig geworden. Zo’n dag brengt rituelen met zich mee. Slingers natuurlijk. Cadeaus, en taart. Voor mij is het ook altijd weer het moment om dat eerste fotoalbum uit de kast te halen en de herinneringen in te duiken.

Dit jaar misschien wel meer dan ooit. Want bij de herinneringen aan de geboortes van mijn kinderen zitten ook ervaringen met de dood. Al voelde dat toen niet zo. Maar nu ik steeds meer te weten kom over de voorchristelijke rituelen rondom sterven, dood en rouw in Noord West Europa (ik volg de opleiding Rouwvrouw) openbaart zich soms een nieuw en vaak een verdiepend bewustzijn.

Want alhoewel ik twee prachtige jongens heb gekregen die zich nu ontwikkelen tot mooie mannen, waren er ook heel verdrietige momenten in die tijd. Momenten waarop ik dacht dat het moederschap niet voor mij was weggelegd. Toen ik bloedend en met helse pijn in mijn buik, bij manlief achterop de fiets, in het donker op weg naar de vervangende huisarts moest bijvoorbeeld.

Ik weet nu dat er in zo’n situatie prachtige rituelen mogelijk zijn. Nee, ze hadden het zieltje dat mij verliet niet teruggebracht. Maar ze helpen het wel liefdevol naar een andere wereld. Als ik toen geweten had wat ik nu weet, had me dat ongetwijfeld troost gebracht. Rust. Geloof. Vertrouwen. Want dat is wat rituelen kunnen doen.